Ik reed op mijn fiets naar het dorpje tiendhoven. Een heel klein gehuchtje waar de kerk prominent in de dijk is gebouwd. Naast de kerk is een trapje de dijk af of op zo u wil en op dat trapje liep een meisje zo mooi dat ik meende dat ik droomde. Ze keek mij aan en haar lange bruine haar wapperde in de lentebries en ze zei:" Daaaagggg meneer." Ik keek en wist meteen, dit is een engel, dit is geen gewoon meisje. Ik wilde nog een keer kijken maar was te ver dus keerde mijn fiets... om maar zag haar nergens. Wel een boer die tussen het koolzaad aan zijn trekker stond te klooien. Dát heb je nu eenmaal met engelen. Die verschijnen en verdwijnen. Mijn vrouw moest er om lachen maar ik weet zeker dat ik haar heb gezien. Wat een vrouw, om op te eten. Maar ja, ik ben te oud en heb slechts het dromen. Koning Salomo had 1000 vrouwen, mag ik er dan misschien eentje bijdromen al is het maar in een schim! Enfin, die boer tussen het koolzaad dan maar..... |